West Patagonie – Santiago: Onnodig in de problemen

29 september 2016

Aan de westkant van Patagonië ligt de beroemde route 40, een weg die in de zomer door veel motorrijders bereden wordt. Doordat de weg dwars door het Andes gebergte gaat, rijden er geen bussen over het grootste deel van de route. We konden achterop een motor springen, op een stier gaan zitten, ons de blaren op de voeten lopen en na 50km besluiten alsnog de bus te pakken of direct de bus pakken en een deel van de route missen. ‘’Drieduizend kilometer rodeo rijden door Patagonië’’ zou een goede titel voor mijn boek zijn, maar de comfortabele stoel van de bus won het toch.

Vanuit Calafate, het meest zuidelijke punt van onze reis, bezochten mijn vader en ik de Perito Moreno gletsjer. Ik had nog nooit eerder een gletsjer gezien, toen ik voor het eerst een gletsjer zag kreeg ik een ‘’WoW- gevoel’’. Een WoW-gevoel is het gevoel dat je krijgt als een groep topmodellen naakt over straat loopt, je bij een live optreden van je favoriete band bent of voor het eerst een gletsjer ziet. Het zijn momenten die je volledige aandacht grijpen en een onuitwisbare indruk maken. Ik krijg dan kippenvel over mijn hele lichaam en zeg zachtjes ‘’wow’’.

Dat eerste aanzicht dat diepe indruk maakte zag eruit als een 70 meter dikke laag, blauwwit ijs met puntige toppen die oprees uit het water. De diepblauwe kleur, de scherpe punten en het onstabiele idee van een gigantische hoeveelheid ijs die drijft op water trokken mijn aandacht. Alsof de gletsjer voelde dat mijn wow-gevoel na een tijdje wegebde, liet het een groot stuk ijs vallen dat met een denderende klap het water raakte. Mijn aandacht was weer helemaal terug en bij de andere bezoekers ook. De klap was zo hard dat gesprekken stokten en iedereen zijn blik richtte naar de plek waar het ijs afbrak. Hoopvol keek men naar de gletsjer met de camera in de aanslag en wachtte tot er nog meer ijs zou afbreken, maar de gletsjer had geleerd dat het een stuk langer zijn interesse zou behouden als het ‘’hard-to-get’’ zou spelen. De gletsjer wachtte tot de mensen weer aan de praat waren en liet dan een tweede brok ijs vallen. Het ritueel herhaalde zich tot veel mensen aan het eind van de dag met een sip gezicht terug naar de bus liepen, omdat ze geen foto van een vallend ijsblok hadden. Mijn vader had zich de moeite bespaard en was na een uur lopen op het terras gaan zitten.

Op drie uur van El Calafate ligt het wandelgebied El Chalten, de thuisbasis van Parque Nacional Los Glaciares. Een park zoals elke nationaal park gerund zou moeten worden. Bij aankomst vertelt een medewerker je wat er in het park te doen is en wat de gevaren zijn, op de juiste plekken vertellen pijlen waar je naartoe moet, op stijlvolle houten borden kun je op een plattegrond zien waar je je bevindt, de paden zijn makkelijk te  bewandelen en er is in het hele park geen rommel te zien. Wij wilden twee bananenschillen subtiel weggooien, maar faalden hopeloos. Een bananenschil eindigde drie meter naast het pad op een open plek en de ander belandde in een boomtop. Waarschijnlijk hebben wij voor het enige zichtbare afval in het park gezorgd.

De medewerkers zien er streng op toe dat je de regels naleeft. Toen ik met een van de vele zwerfhonden in Argentinië een wandeling wilde maken werd ik terug geroepen door een parkmedewerker, omdat honden een zeldzaam soort hert dat in het park leeft lastig kunnen vallen. Op de vraag hoe ik van de hond af moest komen, antwoordde de medewerker ‘’je moet hem een goede trap geven’’. Een hond is voor mij toch iets anders dan een voetbal, dus ik liep een half uur wanhopig door het dorp op zoek naar een manier om de hond kwijt te raken totdat de hond een andere oppas had gevonden. Snel rende ik terug naar het park en zag dat de hond volledig opging in zijn nieuwe vrienden en mij waarschijnlijk al was vergeten.

Wij maakten twee uitdagende wandelingen in El Chalten. Mijn vader is van plan om over een paar maanden zonder training tot 5000 meter te klimmen in de Himalaya. Met iemand met zulke ambities hadden wij geen gids nodig. Stiekem hoopte ik dat mijn vader de tas zou dragen, mij op de steile delen op zijn rug zou nemen en vooruit zou lopen om op de top een kaasfondue klaar te maken voor mij. Dit bleef een fantasie, maar desondanks heeft hij in twee dagen 50km gewandeld op motorschoenen, klom naar 700 meter hoogte en wandelde voor het eerst met spikes onder zijn schoenen. Voor een man van 58 die nagenoeg niet sport een ferme prestatie.

Wij liepen het grootste deel over een bergachtig, droog en soms besneeuwd steppelandschap met bergtoppen van 2500 meter hoog aan onze zijde. Het wandelpad was relatief vlak en makkelijk te volgen. Twee eigenwijze mannen uit Nederland vonden dit wandelpad, door Segeth senior bestempeld als ‘’pad voor de homo’s‘’, te saai en besloten hun eigen weg te creëren. Door de prikplanten, over losliggende stenen en langs ravijnen baanden we ons een weg over de berg in plaats van erlangs. Meermaals kreeg mijn vader met hoogtevrees de schrik van zijn leven als hij de afgrond inkeek of gleed ik meters naar beneden als ik mijn grip verloor op de steile, droge grond. Ons drinken raakte op, ik raakte geïrriteerd door de prikplanten en we leken niet vooruit te komen. De weg terug naar beneden was verleidelijk, maar de weg naar de top een stuk spannender. We liepen door naar boven en kwamen vlakbij de top gelukkig weer het wandelpad tegen. Ik was opgelucht en dacht er geen seconde over om weer onze eigen weg in te slaan. Ik liep liever over het homopad dan dat er een opsporingsbericht verzonden moest worden en we uitgedroogd tussen de cactussen gevonden werden.

Tijdens het vele wandelen had ik het idee gekregen om voor mijn zusje haar verjaardag Argentijnse thee te kopen, inclusief een video instructie. Ik had al veel mensen de thee zien drinken, maar had geen flauw idee hoe je het nu moest maken. De receptionist van het hostel was gelukkig bereid mij een spoedcursus te geven. Hierbij het stappenplan voor het maken en drinken van Argentijnse thee op traditionele wijze: 1. Doe een handje eetbare kruiden in een kop. 2. Zet water op en wacht tot de fluitketel het hele appartementencomplex heeft wakker gemaakt en doe dan het vuur uit. 3. Mix het kokende water met de kruiden. 4. Drink je kop thee leeg voordat de buurtgenoten aan je voordeur staan. Als dat je lukt krijg je een high-five, zo niet dan planten ze hun hand in je gezicht.

Hemelsbreed liggen Calafate en Bariloche 1000km uit elkaar, helaas moet de bus een omweg maken van 1000km en duurt de tocht 30 uur. Na anderhalve dag in een zitpositie zat ik vol met bloedproppen, mijn sprintersbenen waren veranderd in luciferhoutjes en mijn batterij was 300% geladen. Ik moest in beweging komen en nam mijn vader mee naar een wandelgebied langs een groot meer in Bariloche. Weer konden we het niet laten het geasfalteerde pad te verlaten. Nu vonden we een drassig gebied, waarbij de uitdaging was om naar de droge stukken land te springen. Dit mislukte en nadat we beide natte sokken hadden was de lol ervan af.

Mijn vader wilde graag ook nog wat tijd in Chili besteden. Nadat we twee minuten in Chili waren vond hij het land al een stuk groener dan Argentinië. Als ik mijn vader hoorde zou ik denken dat als je ergens een grens trekt dat de omgeving dan van de een op andere meter compleet kan veranderen. In dat geval zou ik een paar grenzen in mijn tuin trekken, zodat ik een strand, de bergen en een grasveld in mijn achtertuin heb en niet meer op vakantie hoef. Ik vond het weinig verschil maken of je nu in Argentijns of Chileens Patagonië was. Het was beiden toeristisch, bergachtig en naarmate je noordelijker ging veranderde de steppe in grasland.

Ik merkte wel dat de mensen in Chili erg trots zijn op hun land, ze horen niet graag dat je een ander land leuker vindt, en niet zo vrolijk kijken. Van 1973 tot 1990 werd het land geleid door dictator Pinochet. Tijdens zijn bewind zaaide hij angst onder zijn tegenstanders door hen te mishandelden, paste hij de wetten aan, ruimde de media  die niet achter zijn beleid stonden uit de weg en onderdrukte protesten op harde wijze. Zeventien jaar lang kon één persoon de dienst uitmaken in Chili, totdat er in 1990 verkiezingen uitgeschreven konden worden en Pinochet uit het veld geruimd werd. Achter die niet vrolijk kijkende Chileense gezichten zit misschien wel een deel van de pijn en verdriet die men tijdens het dictatoriaal regime is aangedaan.

Na een tussenstop in Pucon, een backpackersoord voor jonge reizigers die zich willen wagen aan de klim van vulkaan Villarrica, reden we per bus naar Santiago van waaruit we naar Valparaiso gingen. Valparaiso ligt aan de kust en is gebouwd op 47 flinke heuvels. Er is dus geen vlak stuk te vinden in de stad en de wegen volgen de weg van de minste weerstand. Geen rechte straten, geen huizen die er hetzelfde uitzien en geen blokkenindeling. Het resultaat; een dynamische stad waar je creativiteit een loopje met je neemt. In een omgeving waar elke steen beschilderd is, op elke straathoek een band staat en op elk plein mensen zelfgemaakte spullen verkopen kom je tot leven en borrelen er allerlei ideeën op. Ik houd van deze levendige sfeer en ondanks dat ik hier maar een dag geweest ben, ben ik al een beetje verkocht aan deze stad. Nu nog een baan vinden hier en ik heb mijn nieuwe woonplaats voor de komende maanden gevonden.

Na vier betekenisvolle, intense weken samen met mijn vader was het tijd om afscheid te nemen. Een man met veel eigenheid en interessante gedachtes. De gesprekken die hij met honden voert, de blijdschap als hij een fles wijn opent, de nieuwsgierige blik naar buiten als hij in de bus zit, de vragen waarmee hij mensen aan het denken zet, zijn vertrokken gezicht als hij ziet dat iemand pijn gedaan wordt, het plezier waarmee hij over zijn boot praat en de vastberadenheid waarmee hij mij levenslessen meegeeft tekenen mijn vader. Hij doet de dingen op zijn eigen wijze en ik merk dat veel mensen die wij zijn tegengekomen zich daartoe aangetrokken voelen. Ik ga mijn pa missen, maar apprecieer bovenal dat wij deze trip hebben kunnen maken.

Nadat Senor Segeth met losse heupen, een ritmische manier van praten en met het Zuid-Amerikaanse vuur in zijn ogen zwoel het vliegtuig in was gelopen ging ik op zoek naar werk. Werk dat ik snel moet vinden om een langere tijd van huis te kunnen bekostigen. Ik bezocht een tennisclub en de eerste persoon die ik aansprak was gelijk enthousiast. Hij vertelde een lang verhaal waaruit ik opving dat ik als ballenraper aan de slag kon voor 25 euro per dag. Niet de hoofdprijs, maar goed om achter de hand te hebben. Die avond verloor ik echter mijn telefoon en daarbij ook de contactgegevens van de werkverschaffer.

Die dag vierde Chili namelijk feest. In 1810 werd Chili onafhankelijk verklaard in deze week en elk jaar wordt dat gevierd met veel alcohol, militairen die door de straten marcheren en de vlag die overal wappert. Om twee uur ’s middags begon ik met de mensen van het hostel aan de herremotto’s, Chili’s populairste cocktail van pisco, wijn en ijs. En als het gezellig is weet ik vaak van geen ophouden meer. Twaalf uur later dronk ik nog steeds herremotto’s, maar was ik niet helemaal nuchter meer. Ik besloot even een dutje te doen op een bank op straat en werd gewekt door iemand die zich voordeed alsof hij me wilde helpen, maar die zo agressief uit zijn ogen keek dat ik hem niet vertrouwde. Twee minuten later realiseerde ik dat hij mijn telefoon gestolen had en waarschijnlijk bezig was ook mijn portemonnee te stelen, waarvan ik wakker schrok. Ik besloot naar de metro te lopen, zodat ik terug naar het hostel kon. Terwijl ik zocht naar de metro liep ik langs een groep jongens waarvan een van hen naast mij kwam lopen en onverstaanbaar tegen me praatte. Ik liep stoïcijns door totdat uit een steegje een andere jongen kwam gelopen en me de weg versperde. Beiden pakten ze me beet en probeerden mijn portemonnee te stelen die ik voor de zekerheid in mijn onderbroek gestopt had. Ik was niet van plan ze ook maar een cent te geven. Er kwam een intense boosheid in me op en met alle kracht die ik had probeerde ik me los te wurmen van de vier armen die om me heen zaten. Echt pijn deden ze me niet en langzaam kreeg ik meer ruimte. Na dertig seconden zag ik kans om me te bevrijden en rende ik er vandoor. Ze hadden de capuchon van mijn jas getrokken, maar ik had mijn portemonnee nog. Een paar straten verder vond ik het metrostation en ging in de metro zitten. Nu moest ik alleen nog 10 minuten wakker blijven om bij de juiste halte uit te stappen, maar ik was zo moe dat ik tot drie keer toe in slaap viel tot het einde van de rit. Nadat ik twee uur in de metro had gezeten was ik eindelijk wakker bij de goede halte en kwam om 9 uur ’s ochtends aan bij het hostel. Ik had mezelf weer onnodig in moeilijkheden gebracht en iemand blij gemaakt met een telefoon. Een ezel stoot zich geen drie keer aan dezelfde steen, maar ik ben inmiddels al negen keer tegen deze steen aangelopen. Ik ben benieuwd welk dier drie keer zo stom is als een ezel, want daar moet ik maar een tattoo van nemen.

Na een paar dagen in Santiago vloog ik naar Zweden om Sofia weer te zien. Vier maanden geleden namen we afscheid van elkaar in Australië en nu was het een goed moment haar op te zoeken voordat ik een baan zou vinden. Na ruim anderhalf jaar reizen ben ik weer terug in Europa, maar nog niet thuis. Wilt u weten hoe ik mijn tijd in Zweden beleef en hoe het is om Sofia weer te zien? Lees dan ook mijn volgende blog.

Foto’s

2 Reacties

  1. Jos van Dijk:
    2 oktober 2016
    Weer Hardstikke leuk Job! Geniet ze met Sofia!
  2. Wouter:
    4 oktober 2016
    Vondel schreef al: "Een ezel stoot maer eens zich aen den zelven steen. De mensch wel zevenmael, en denckt niet om zijn been." Maar Vondel kende jou nog niet. Voor mijn gemoedsrust zou ik wensen dat "Een Job stoot zich in het gemeen geen tienmaal aan de zelfde steen."